© 2016 marjolein blaauwbroek

Maria ten Kortenaar

Een dagboek van porselein gevuld met watermeloenen tot intense emoties

Vlak naast het drukke centrum van Amsterdam hangt, voor de oplettende voorbijganger, in een typisch Amsterdamse straat, een bord met de sierlijke letters: Maria ten Kortenaar Porselein. Een steile trap naar beneden leidt naar haar atelier. Deze ruimte voelt aan als een warme oase van rust. De stoffige geur verraadt dat dit het territorium is van een keramiste. Aan weerszijden staan vitrines gevuld met kleurrijke, bijna poëtische potten. En de kasten daarnaast zijn netjes vol gezet met schaaltjes kleurstoffen en pakken klei. Dit is een blik in de thuishaven van kunstenares Maria ten Kortenaar, die met haar porselein de hele wereld over reist.

Bloedfanatiek
Maria ten Kortenaar is ooit begonnen als fysiotherapeut. Al snel mistte ze een manier om zichzelf creatief te uiten en volgde een opleiding tot edelsmid aan de Gerrit Rietveld Academie. Het urenlang priegelen in gestructureerde volgordes benauwde haar. “Ik wilde weer met mijn handen bezig zijn en miste het spelen met kleur.” Klei bood haar uitkomst. Ruim tien jaar ging ze als keramist aan de slag. “Vooral het intuïtief bezig zijn en het directe contact met het materiaal bracht mij de vrijheid die ik zocht.” Maar Maria zou Maria niet zijn als ze niet op zoek zou gaan naar een grotere uitdaging. “Ik ben bloedfanatiek. Ik wil altijd mezelf overtreffen en eindeloos experimenteren.”

Tijdens een reis door China in 2005 kwam ze in aanraking met porselein. Door de moeilijkheidsgraad is dit een techniek die weinig mensen onder de knie hebben. Tevens is het in het westen niet het meest voor de hand liggende materiaal om mee aan de slag te gaan. “Een mooie uitdaging dus.” Ook haar eerste thema vond ze in China: “In de metropolis Hong Kong werd ik overdonderd door alle neonlichten die zich eindeloos in mijn gezichtsveld openbaarden. De kleuren, de opbouw en de hoeveelheid raakten mij.”

Weer in Nederland ging ze hard aan de slag om zichzelf de oosterse techniek eigen te maken. Het kleurenspel waar ze tien jaar eerder naar zocht bleef, maar de gestructureerde, perfectionistische werkwijze kwam weer terug in haar leven. Met Hong Kong in haar achterhoofd startte ze een nieuw hoofdstuk van haar kunstenaarsbestaan.

Denkwerk en perfectie
De techniek die Maria ten Kortenaar gebruikt wordt in Japan Nerikomi genoemd. Dit is een eeuwenoude Japanse traditie, die nog steeds van generatie op generatie wordt doorgegeven. De basis is fijne witte porseleinklei, die voelt als kneedbare stopverf. Met pigmenten voorziet ze de klei van kleur. De fragiele objecten van Maria ten Kortenaar zijn massief gekleurd en bevatten dus niet alleen een kleurrijk laagje. Deze manier van werken vraagt om een perfecte beheersing van het materiaal.

Haar eerste porseleinen werken bouwde ze van flinterdunne vierkanten en rechthoeken die samen een speels mozaïek vormden. Door de jaren heen werd haar werk kleurijker en daarmee ingewikkelder. Ze bleef zichzelf uitdagen. Het lijnenspel maakte plaats voor stipjes en haar meest recente werk bestaat uit kleurrijke bloemenpatronen. Om deze patronen te creëren moet ze secuur van te voren inschatten hoe ze de lagen klei over elkaar drapeert, aandrukt en snijdt om tot het gewenste resultaat te komen. “Er is geen herkansing, het moet in één keer goed.”

Naast de uitvoering die nauw luistert, is porselein een van de meest weerbarstige materialen om mee te werken. “Het heeft een geheugen. Als ik te ruw duw, kan ik kneden wat ik wil om de vorm terug te krijgen, maar in de oven zal de deuk weer zichtbaar worden.” Porselein vraagt om tederheid en liefde.

Kleuren vertellen het verhaal
De verbindende factor, of haar handelskenmerk, zoals Maria ten Kortenaar het zelf noemt, is de cilindervorm. Het gros van haar werken doet denken aan een vaas. “Het zou kunnen dat mensen er soms een bloemetje in zetten, maar ik maak ze als kunstobject, niet als gebruiksvoorwerp.”

De cilinder is volgens de kunstenares een rustige vorm. “Als ik allerlei ingewikkelde architectonische objecten zou bouwen, wordt het te bont. De kleuren vertellen het verhaal.” Iedere pot of serie potten staat centraal voor een ervaring of gebeurtenis uit haar leven. “Ik zie mezelf als een grote spons. Ik zuig alles om mij heen op en vertaal dit in mijn werk.” Dat kan van alles zijn. De ene keer wordt ze overrompeld door de schoonheid van een watermeloen en de andere keer zet ze zichzelf letterlijk in de hoofdrol. Zo had ze bijvoorbeeld een periode het gevoel dat er van alle kanten aan haar werd getrokken. Die emotie heeft ze verbeeld door een uitgerekt mensfiguur over de gehele omtrek van een pot te plaatsen. Minimalistisch, maar tegelijkertijd pakkend en herkenbaar. Momenteel is ze bezig met een bijna abstracte serie over het Noorderlicht, waarin de heldere groene kleur naar voren komt. Al haar creaties op rij vertellen haar levensverhaal, ze vormen als het ware een dagboek van porselein.

Porselein leeft
Om met haar dagboekpagina’s naam te maken kwam Maria ten Kortenaar er al snel achter dat ze naar Azië moest uitwijken. “In Europa zijn er zo nu en dan exposities gericht op porselein, maar in Azië zijn de mogelijkheden oneindig groot. Porselein leeft daar.” Het gebruik van porselein kent een eeuwenlange traditie. Bovendien is de porseleinklei witter, de kleuren zijn helderder en er is meer kennis.

Ze won in 2009 , de Special Prize in de 5th World Ceramic Biennale in Korea. Vervolgens werd ze finalist op diverse Ceramic Biennales over de gehele wereld. Haar werk is onder andere op solo tentoonstellingen te zien in China, Japan, Korea en Taiwan, maar ook in de VS,Nederland, België. Duitsland en Frankrijk.

Leren door te doen
Om contact te houden met het oosten werkt Maria Ten Kortenaar regelmatig als kunstenaar in residentie in een atelier in de Chinese stad Jing Dez Hen. “Hier werk ik tussen andere kunstenaars en liften we gezamenlijk mee op de creativiteit die daar heerst. Ik kom altijd overladen met inspiratie weer naar huis.” Maar ondanks de grote waardering voor haar werk en de mogelijkheden in het buitenland, blijft Amsterdam haar thuisbasis.

“Het cultuurverschil is te groot om mij daar te vestigen”, legt Maria ten Kortenaar uit. Een voorbeeld hiervan is een gebeurtenis waar ze nog steeds hard om kan lachen. Enkele jaren geleden gaf ze een masterclass in Hongkong over haar manier van werken aan een groep van veertig Chinezen. “Ik had materialen verzameld en dacht, ik geef uitleg en we gaan aan de slag. In Nederland is ons bijgebracht: je leert door het te doen.” In China denken ze daar blijkbaar anders over. De studenten zaten klaar met hun notitieblokjes en gingen fanatiek aantekeningen maken. Uren achterelkaar, met zo nu en dan een vraag tussendoor.

Meditatieve flow
Naast de vele verre reizen, waar Maria ten Kortenaar dit soort lezingen en workshops geeft en actief haar netwerk uitbreidt, ziet ze zichzelf als een solist. Afgezonderd van de buitenwereld werkt ze totaal gefocust in haar atelier, met op de achtergrond enkel een muziekje. Tussendoor drinkt ze een kopje koffie in de binnentuin achter haar atelier of loopt ze een rondje door de stad. “Als ik alle ingrediënten, zoals de verschillende gekleurde stukken klei, voorbereid heb ga ik non-stop door. Want porselein luistert nauw.” Juist het langzame proces, zorgt voor een bijna meditatieve flow, voor rust. “Als ik geen kunst meer kon maken, zou ik onrustig worden. Het is mijn manier om alles wat ik ervaar te uiten.”

 

Gepubliceerd in New Ceramics, # 5, 2016
Foto © Maria ten Kortenaar